Orgels in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Orthoclavier (Stevens)

Koninklijk Muziekconservatorium

Klavier  / Orthoclavier (Stevens) - Koninklijk Muziekconservatorium
Orgelkast  / Orthoclavier (Stevens) - Koninklijk Muziekconservatorium
 Klik op een foto om te vergroten
HET INSTRUMENT
Orgelkast - bouwdatum 1939
Orgelkast - plaats Op de grond
Opstelling van de pijpen De pijpen zijn niet zichtbaar zonder de kast te openen. In dit geval zijn twee velden van 5 zinken pijpen op de zijkanten en op het middenveld 18 pijpen in tin geschilderd. Boven deze ziet men twee opeenvolgende velden telkens hoger.
Beschrijving van de orgelkast Rechthoekige kast met dennepanelen gefineerd met eik met een vooruitgeschoven sokkel die de speeltafel ondersteund. De panelen van de voor- en achterkant van de onderkast zijn er bovenaan opgevezen; er is niets achteraan, er zijn zijdeuren en een intrekbaar paneel voor het front.Op de zijkant zijn twee handvaten gevestigd die toelaten het orgel te verplaatsen. Het bovenste kan worden opgericht en wordt door een interne kruk ondersteund. Er ontbreekt een paneel achteraan het pijpwerk.
Speeltafel - beschrijving De speeltafel is ingebouwd in de orgelkast onder het front en is bedekt met een kist in fineerwerk. Deze kist kan in het meubel worden gekanteld waardoor het onderste klavier zichtbaar wordt.
Bouwdatum 1939
Datum van de voltooiing 1940
Bouw - bijzonderheden Initiatiefnemer van het project: Guy van Esbroek
Temperatuur Evenredig zwevend voor het 2de klavier en voor het 1ste klavier deling van het oktaaf in 53 komma's
Akoestiek Droge
Orgelbouwer(s)  Stevens
HET INSTRUMENT
Bouwdatum 1939
Orgelbouwer(s)  Stevens
HISTORIEK VAN HET INSTRUMENT
Historiek Gebouwd door de firma Jos Stevens (Cécile Stevens, Antwerpen 13/12/1901-04/1984) te Duffel.
Het instrument werd ontworpen dooor Guy (Guillaume) van Esbroeck, mijningenieur en Franz Monfort Jr. (raadgever)professor aan het Conservatorium van Luik.
Het experimentele orgel genaamd "orthoklavier" bevat 53 halve tonen en werd uitgedacht door Guy van Esbroeck, geboren te Schaarbeek in 08/02/1900 en overleden in Zwitserland op 12/02/1974. Zijn vorming als mijningenieur (ULB) en geoloog (Columbia) brachten hem tot professor "uitbating van mijnen" aan de Gentse universiteit die geraadpleegd werd voor bijzondere opdrachten (Bois d Casier of Afrika). Bovendien was hij begeesterd door vele onderwerpen zoals letterkunde, linguistiek en wetenschap. Hij was oorspronkelijk in de struktuur van de gamma die gebaseerd was op de zuivere quinten (het Pythagorese gamma). Doordat hij in Mechelen woonde, was het voor hem gemakkelijk zich te verplaatsen naar Duffel waar hij Mevrouw Stevens en haar meestergast Firens kon ontmoeten met wie hij het instrument zal ontwerpen.
Zeer vlug zullen artiesten zoals René Defossez zich interesseren aan dit experiment en waren de mening toegedaan dat dit instrument nuttig kon zijn voor de studie voor de intervallen van een getemperd akkoord door het gebruik van de komma's. In het conservatorium van Luik heeft Guy van Esbroeck op vraag van Fernand Quinet een lening gegeven met de medewerking van Deverdenne professor van schuiftrombone.
DOCUMENTATIE
Titel "Qu'est ce que jouer juste ?"
Auteur Guy van Esbroeck, préface de Paul Collaer
Referenties Ouvrage diffusé par Jacques van Esbroeck
Werk verspreid door Jacques van Esbroeck
Uitgever Editions Lumière, collection Savoir n° 10. Imprimé
Bijzonderheden Studiewerk over het gebruik van coma's bij de uitvoering, vooral ten dienste van violisten en zangers. Brengt verslag over de bevindingen bij het beluisterde van toonladders en toonafstanden bij jongeren (1943).
HISTORIEK VAN HET INSTRUMENT
Historiek Gebouwd door de firma Jos Stevens (Cécile Stevens, Antwerpen 13/12/1901-04/1984) te Duffel.
Het instrument werd ontworpen dooor Guy (Guillaume) van Esbroeck,...
TECHNISCHE KENMERKEN VAN HET INSTRUMENT
Speeltafel
Structuur speeltafel en muziekstaander 
Smalle speeltafel in mahoniehout
Aantal klavieren 
2
Bijzonderheden over de klavieren 
Het 1ste klavier vooraan ontdubbeld, g tot c", 2 x 11 toetsen die de witte toetsen in twee delen, dan 3 x 7 zwarte toetsen die de boventoetsen in drie delen. Vervolgens opnieuw 2 x 11 witte toetsen. Dan 20 kleine groene blokjes die de hogere of lagere komma geven van de twee witte toetsen van elke diatonische noot. Dan 4, 4 en 6 kleine bruine blokjes die de hogere of lagere komma van de drie zwarte toetsen. Tenslotte zoals vooraan, 3 x 7 toetsen die elke boventoets in drie deelt maar in verkorte maat. Het totaal aantal toetsen van het klavier bedraagt: 77 toetsen. Het tweede klavier heeft 18 gewone toetsen van g tot c".
Beschrijving van de toetsen 
Het benedenklavier: eiken toetsen met fijn ivoor belegd. De kleine blokjes achteraan zijn in eik, de bovenkant is in het groen geverfd en hebben als afmeting 15 mm diep en 4 mm breed.
Het bovenklavier: toetsen in cederhout met schuine voorkant en synthetisch belegd. Diepte: 132 mm, breedte: 21,5 mm, octaaf: 162 mm
Breedte van de toetsen 
4 mm
Diepte van de toetsen 
74 mm à l'avant et 72 mm à l'arrière
Breedte van het octaaf 
165 mm
Beschrijving van de boventoetsen 
Benedenklavier: boventoetsen in eik belegd met fijn ebbenhout.
Breedte: 2 mm.
Het voorste gedeelte, per noot, twee toetsen van 54 mm en tussen elke twee één toets van 64 mm. Voor de achterkant, twee toetsen van 199 mm en één van 24 mm per noot.
Bovenklavier: toetsen in cederhout met ebbenhouten blokken.
Diepte 75 mm tophoek, 85 mm aan de basis. Breedte 9 mm tophoek en 10 mm basis.
Beschrijving van de bakstukken of kader 
Wangen in mahoniehout met vier opeenvolgend golvend voor het benedenklavier en plat met schuine voorkant voor het bovenklavier
Registers 
Links van de speeltafel is er een schakelaar lage spanning met twee standen AF en AAN, die toelaat de spelen al dan niet te laten werken
Koppelingen 
Er zijn twee kleine witte registers op de voorkant tussen de twee klavieren waarvan de functie niet bepaald werd. Zou de ene de koppeling toelaten die verschillende temperaturen laat horen?
Combinaties 
Aan de rechter kant van de speeltafel ontwaart men een opening van een halve cirkel waarin een vijs is geplaatst. Rond deze halve cirkel een etiket met de vermelding : C[W - DO - FA - SOL - LA - DO MOD - M dan een papier dat bedekt met "Zarlin (o)" - LA ANT. Dit systeem laat toe een gamma met een bepaalde temperatuur te kiezen, de eerste positie geeft een gelijk zwevend gamma aan voor een eigen register.
Toebehoren 
Rechts van de speeltafel, zijn er twee gewone schakelaars die de motor in gang zetten, de andere de electriciteit. Op het paneel dat onder de voorkant is geplaatst zijn er drie ongebruikte gaten. Onafhankelijk van het orgel staat er een grote doos die 138 x 35 x 10 cm meet en die verbonden is door elektrische draden met het orgel en dat een geheel van vier rijen van controlelampjes van verschillende kleuren bevat en die overeenstemmen met de vier rijen toetsen per komma.
Adresplaat 
Onder het gewone klavier in het centrum een klein verticaal plaatje.
Een koperen plaatje waarin in het wit gegraveerd staat: J. STEVENS - DUFFEL.
 
Klavieren en voetklavieren
  • Naam 
    Gewone klavier
    Omvang 
    18 toetsen van g tot c''
    Registers 
    Principal 8'
  • Naam 
    Orthoclavier of "orgue à comas"
    Omvang 
    Klavier met veelvuldige toetsen. 53 toetsenvan g t
    Registers 
    Principal 8'
    Bijzonderheden 
    Een sol/do-klavier van 18 noten, elektrische tractuur en tussentoetsen waarmee alle komma’s kunnen verkregen worden (getemperd, dat wil zeggen 1/53e van een toonladder).
    Open pijpen (zink) met zijbaarden en stemkrul.
    Een scherm met lampjes toont visueel welke noot gespeeld wordt.
    Op die manier is zowel een spel met gelijk zwevende temperatuur mogelijk als ook alle opeenvolgende komma’s.
 
Tractuur
  • Noten 
    Elektrisch
    Toetsen 
    Staartklavier voor het bovende manuaal
    Traject en beschrijving van de mechaniek 
    Elektrische contacten voor de toetsen vervolgens draden die met katoen zijn bekleed en die leiden naar de schakelborden vervolgens naar de elektromagneten. Er schijnt een koppelingsdoos aanwezig te zijn, die de contacten van de toetsen bevatten en wind zou ontvangen om de interne structuur te verplaatsen en de contacten te koppelen. Doch deze doos is heden buiten werking.
 
Windladen
  • Naam van het klavier 
    Klavier I en II
    Type 
    Kegellade
    Inplanting 
    Parallel met het front
    Aard 
    Een windlade met exotisch hout met drie pijpstokken erop gevezen. Alle orgelpijpen staan op de windlade. De pijproosters zijn uit eik en worden door eiken palen gedragen die op het uiteinde van de structuur werden gevezen.
    Opstelling van de pijpen 
    Gemengde opstelling van de drie eerste rijen en vanaf de derde rij diatonische opstelling. Aantal orgelpijpen: eerste pijpstok, 1ste rij: 28 (de laagste orgelpijpen schijnen niet aan één noot te beantwoorden, tenzij door een transmissiesysteem dat heden buiten werking is?). Tweede pijpstok, 2de rij: 25 waarvan er één ontbreekt. Derde pijpstok, 3de rij 24 en 4de rij 18 + 1. Totaal 78 noten voor 77 toetsen + 18 toetsen op het 2de klavier.
 
Pijpwerk
  • Naam 
    Klavier I
    Bijzonderheden 
    Heel het pijpwerk heeft oren en steminsnijdingen en zijn uit tin. De kernen zijn uit lood.
    Beschrijving 
    PRINCIPAL 8'. 1ste rij : 2 x 5 pijpen in zink op de zijkanten en 18 pijpen in tin in het centrum. 2de rij : 2 pijpen in zink in het centrum, dan 23 pijpen in tin, 1 ontbreken rechts. 3de rij : 25 pijpen in zink.
  • Naam 
    Klavier II
    Beschrijving 
    PRINCIPAL 8'. Op de rechterkant : 3 pijpen in zink, 2 in tin en links : 2 pijpen in zink et 3 in tin. In het centrum 9 pijpen in tin.
 
Windvoorziening
  • Magazijn- of hulpbalg 
    Magazijnbalg
    Beschrijving 
    Een blaasbalg met een parallele plooi in het centrum van de onderkast van het orgel
    Lengte 
    69 cm
    Breedte 
    50,50 cm
    Aantal en type gewichten 
    Quatre ressorts sur les angles unissant les faces supérieure et inférieure
    Aantal en type gewichten 
    Vier veren op de hoeken die boven en onderkant verbinden
 
Windkanalen
  • Beschrijving 
    Vier kleine kartonnen conducten aan de voorkant en twee voor de achterkant van ongeveer 4 cm doorsnede
 
TECHNISCHE KENMERKEN VAN HET INSTRUMENT
Speeltafel Klavier(en) en voetklavier(en) : 2
Klavier(en) en voetklavier(en) Gewone klavier, Orthoclavier of "orgue à comas"
Tractuur
 Elektrisch
Het gebouw
Koninklijk Muziekconservatorium

Koninklijk Muziekconservatorium

Adres : Regentschapsstraat 30
1000 Bruxelles
Bouwstijl : Neoklassiek & vlaamse Renaissance
Bouw : 1867-1876
Bouwperiode : 19de
Orgel(s) aanwezig in dit gebouw