Barok galerijorgel (Vermeersch/Van Hoof, 1840)

Kerk van Sint-Jan-de-Doper

Speeltafel  / Barok galerijorgel (Vermeersch/Van Hoof, 1840) - Kerk van Sint-Jan-de-Doper
Architectuur, plaats, inplanting  / Barok galerijorgel (Vermeersch/Van Hoof, 1840) - Kerk van Sint-Jan-de-Doper
 Klik op een foto om te vergroten
HET INSTRUMENT
Orgelkast - bouwdatum 1840
Orgelkast - plaats Op de galerij boven het hoofdportaal
Orgelkast - stijl  Barok
Beschrijving van de orgelkast Vooraan in het midden staat de speeltafel opgesteld, onder een bloemenslinger en de sokkel met bladerwerk van de grote middentoren met zijn ronde vorm. Aan de uiteinden van het meubel bevinden zich nog twee torens, ook rond maar minder hoog. Al die torens rusten op cherubijnen en zijn omkader met zuilen met Korintisch kapitel. Boven de torens bevinden zich zingende en musicerende engelen. Opmerkelijk en typisch voor de laatbarok zijn de trofeeën van muziekinstrumenten op de vleugeluiteinden. Afgebeeld zijn de instrumenten die in de bouwperiode van het orgel populair waren : de hoorn, de fagot, de trompet, de contrabas, de viool en het serpent.
Speeltafel - bouwdatum 1869
Speeltafel - stijl Klassiek
Speeltafel - plaats Klaviatuur
Bouwdatum 1869
Bouw - bijzonderheden Gebouwd in een orgelkast die voorzien was voor een orgel van F. Coppin voor de kerk van Alsemberg. Verscheidene stemmen werden gerecupereerd van het vorige orgel van Egide-François Van Peteghem uit Gent en het orgel van Alsemberg van Pierre-Hubert Anneessens uit Ninove.
Persoon belast met het onderhoud Maison Aerts & Castrel
Orgelbouwer(s) J.-J. & J.-F.-S. Van Hool, Henri Vermeersch
HET INSTRUMENT
Bouwdatum 1869
Orgelkast - stijl  Barok
Speeltafel - stijl Klassiek
Orgelbouwer(s) J.-J. & J.-F.-S. Van Hool, Henri Vermeersch
HISTORIEK VAN HET INSTRUMENT
WERKEN
Begindatum 1980
Type werkzaamheden Wellenbord van het voetklavier vernieuwd in aluminium
Naam van de orgelbouwer Aerts & Castrel
Ligging van de werkplaats Duffel
DOCUMENTATIE
Type Boek
Titel "Inventaire des orgues de Bruxelles - Bruxelles-Ville"
Auteur Jean-Pierre Felix
Plaats Brussel
Uitgever Felix Jean-Pierre
Type Boek
Titel "Histoire des orgues de l'église du Grand Béguinage à Bruxelles"
Auteur Jean-Pierre Felix
Plaats Autre-Eglise
Referenties 1976
Uitgever Jean-Pierre Felix
HISTORIEK VAN HET INSTRUMENT
Werken
Begindatum 1980
Naam van de orgelbouwer Aerts & Castrel
Ligging van de werkplaats Duffel
TECHNISCHE KENMERKEN VAN HET INSTRUMENT
Speeltafel
Structuur speeltafel en muziekstaander 
Venster in het midden, onder het orgelfront.
Oversteek 22 mm.
Aantal klavieren 
2
Omvang van de klavieren 
56 toetsen, C - g'''
Beschrijving van de toetsen 
Versierd met ivoor
Breedte van de toetsen 
22 mm
Diepte van de toetsen 
I : 147 mm ; II : 155 mm
Breedte van het octaaf 
161 mm
Beschrijving van de boventoetsen 
In ebbenhout
Omvang van het voetklavier 
27 toetsen, C - d'
Materialen van het voetklavier 
Normaal.
Eik.
Oversteek 125 mm.
Registers 
Opgesteld in twee dubbele verticale rijen, langs beide zijden van het venster. De grote registertrekkers zijn van hout en met een ronde doorsnede.
De knop heeft een porseleinen plaatje met daarop de naam van het register.
Voetsteun 
Boven het pedaal, vastgemaakt aan de bank
Met de voet bediende organen 
Vier grote houten pedaalkoppels en een balanstrede voor het Zwelwerk
 
Klavieren en voetklavieren
  • Naam 
    Hoofdwerk (I)
    Omvang 
    56 toetsen, C - g'''
    Registers 
    Bourdon 16'
    Montre 8'
    Bourdon 8'
    Flûte traversière 8' d
    Salicional 8'
    Prestant 4'
    Flûte à cheminée 4'
    Doublette 2'
    Fourniture III
    Cornet V d
    Bombarde 16' d
    Trompette 8'
    Clairon 4' b
    Koppelingen 
    Copula
    Tremulant 
    Trémolo général
  • Naam 
    Zwelwerk (II)
    Omvang 
    56 toetsen, C - g'''
    Registers 
    Montre 8'
    Flûte ouverte 8'
    Viola di gamba 8'
    Bourdon 8'
    Prestant 4'
    Voix céleste 8'
    Flûte douce 4'
    Flageolet 2'
    Trompette céleste 8'
    Basson 8' b
    Clarinette 8' d
    Tremulant 
    Trémolo général
  • Naam 
    Pedaal
    Omvang 
    27 toetsen, C - d'
    Registers 
    Bourdon 16'
    Montre 8'
    Soubasse 8'
    Bourdon 8'
    Prestant 4'
    Bombarde 16'
    Euphone 16'
    Trompette 8'
    Clairon 4'
    Koppelingen 
    P/I
    P/II
    Tremulant 
    Trémolo général
 
Tractuur
  • Noten 
    Volledig mechanisch
 
Windladen
  • Naam van het klavier 
    Alle Klavieren
    Type 
    Mechanische windladen met pulpeten
    Inplanting 
    Op de eerste verdieping en vooraan heeft het orgel twee tegen elkaar geplaatste windladen.
    Het reciet bevindt zich achteraan in een zwelkast.
    Op de vloer bevinden zich, langs de zijkanten van de orgelkast geplaatst, de twee windladen van het pedaal.
    Aard 
    Eik
  • Naam van het klavier 
    Hoofdwerk
    Type 
    Mecanisch
    Inplanting 
    Parallel met het front
    Aard 
    Eik
    Opstelling van de pijpen 
    Naar het midden aflopend, diatonisch geplaatst
  • Naam van het klavier 
    Zwelwerk
    Type 
    Mecanisch
    Inplanting 
    Achter het Hoofdwerk
    Aard 
    Eik
    Opstelling van de pijpen 
    Naar het midden aflopend, diatonisch geplaatst
 
Pijpwerk
  • Naam 
    Pedaal
    Bijzonderheden 
    In volgorde van de slepen
    Beschrijving 
    BOURDON 16'. Vervoerd, in hout, vierhoekig en gedekt met behulp van een tampon. 13 pijpen aan de kant van de C# en 14 aan de kant van de C.
    PRESTANT 8'. Pijpen in orgelmetaal. Aan de kant van de C#, 1 normale pijp op haar windlade. 4 vervoerde pijpen waarvan 2 verguld met blauw rondlabium. 8 zijwaarts vervoerd, verguld, met blauw rondlabium. Aan de kant van de C, 2 normale pijpen op de windlade. 4 vervoerde pijpen waarvan 2 verguld met blauw rondlabium. 8 zijwaarts vervoerd, verguld en met blauw rondlabium.
    SUBBAS 8'. In grenen, vierhoekig, open, voorzien van een klep bovenaan en een snijbaard. Uit metaal vervaardigd.
    Aan de kant van de C# : 2 pijpen op de windlade. 6 zijwaarts vervoerde tot achter het front. 5 in de lengte tot achter de windlade vervoerde pijpen. Aan de kant van de C : 2 pijpen op de wind. 6 zijwaarts vervoerde pijpen tot achter het front. 6 in de lengte tot achter de windlade vervoerde pijpen.
    BOURDON 8'. De kant van de C# : 7 pijpen op de windlade, in orgelmetaal en gedekt door een hoed. 2 tot net achter de windlade vervoerde pijpen, op dezelfde lijn als de Subbas ; in hout, vierhoekig en gedekt door een stop. 4 achterin vervoerde pijpen, op dezelfde lijn als de Bourdon 16' ; in hout, vierhoekig en gedekt door een stop. De kant van de do : 7 pijpen op de windlade, in orgelmetaal en gedekt door een hoed, kleine aan de basis gesoldeerde voet. 3 vervoerde pijpen net achter de windlade, in hout, vierhoekig en gedekt door een stop. 4 pijpen vervoerd naar de achterzijde, vierhoekig en gedekt door een stop.
    PRESTANT 4'. Alle pijpen staan op hun windlade geplaatst, orgelmetaal.
    BOMBARDE 16'. Alle pijpen staan op hun windlade. Alle zijn volledig van metaal behalve de stevels van de grootste 6 die van eik zijn ; klankbekers altijd in metaal ; voetspitsen in ijzer ; opslaande tongen.
    TROMPET 8'. Alle pijpen staan op hun windlade en zijn volledig van metaal; voetspits in ijzer ; opslaande tongen.
    EUPHONE 16'. Alle pijpen staan op hun windlade en zijn volledig van metaal; voetspitsen in ijzer ; vrijslaande tongen.
    KLAROEN 4'. Alle pijpen staan op hun windlade en zijn volledig van metaal ; voetspitsen in ijzer; opslaande tongen.
  • Naam 
    Hoofdwerk
    Beschrijving 
    CORNET V. Vervoerd op twee conductenplanken. Aan de kant van C# : 16 cancellen. Aan de kant van de C : 15 cancellen. Bezetting : 8’ gedekt met roer ; 4' op toonhoogte gesneden ; 2'2/3 op toonhoogte gesneden ; 2’ op toonhoogte gesneden ; 1'3/5 op toonhoogte gesneden.
    SALICIONAAL 8'. 44 pijpen op hun windlade. 5 pijpen vervoerd, achter de middentoren, verguld. 6 frontpijpen, de enige met snijbaard.
    PRESTANT 8'. 32 pijpen op hun windlade. 23 frontpijpen. 1 pijp vervoerd naar de achterzijde van de middentoren, verguld.
    BOURDON 16'. 31 pijpen op hun windlade, alle in metaal, waaronder 29 gedekt met een gewone hoed en de 2 kleinste met een hoed voorzien van een roer. 25 houten pijpen, vervoerd, waarvan 10 links van de windlade, 10 rechts ervan en 5 achter de middeltoren.
    DWARSFLUIT 8'. Open pijpen, in orgelmetaal, op toonhoogte gesneden, op de windlade.
    BOURDON 8'. 47 pijpen op de windlade, alle in metaal, waarvan 45 gedekt met een gewone hoed. De kleinste 2 met een hoed voorzien van een roer. Deze hebben ook een zijbaard. 9 houten pijpen, vervoerd, gedeeltelijk voor de pijpen van de 16-voets bourdon van de middentoren ; de andere zijn ingevoegd tussen de pijpen van de bourdon 16', langs beide zijden van de windlade.
    PRESTANT 4'. 44 pijpen in orgelmetaal, op de windlade, 12 vervoerde pijpen in het front.
    FLUIT 4'. Gedekte pijpen in orgelmetaal, zonder roer, alle op de windlade. De kleinste acht zijn open.
    DOUBLET 2'. Normale pijpen, op de windlade, op toonhoogte gesneden.
    BOMBARDE 16' d en KLAROEN 4' d. Op één pijpstok geplaatst, op de windlade, in metaal.
    TROMPET 8'. Op de windlade, de kleinste 4 zijn labiaalpijpen.
  • Naam 
    Reciet
    Beschrijving 
    GAMBA 8'. 44 pijpen op de windlade, in tin, met stemkrul. 12 baspijpen in hout en vervoerd.
    OPEN FLUIT 8'. 44 pijpen op de windlade, in tin en conisch, stevels in orgelmetaal en conisch corpus in tin. 12 baspijpen in hout en vervoerd.
    PRESTANT 8'. Het eerste octaaf repeteert de Bourdon 8'. De volgende 11 pijpen zijn van metaal, verguld en vervoerd tot achter de windlade. 33 metalen pijpen op de windlade.
    BOURDON 8'. 12 houten en vervoerde baspijpen. 416 pijpen in orgelmetaal, op de windlade en alle gedekt door een hoed ; de kleinste 2 zijn voorzien van een roer.
    VOIX CELESTE 8'. Alle pijpen zijn van metaal, op de windlade ; geen eerste octaaf ; stemkrullen.
    PRESTANT 4'. 45 pijpen in orgelmetaal, op de windlade, waaronder 7 verguld. 11 baspijpen vervoerd naar de zijkanten van de windlade, alle verguld behalve c.
    FLUIT DOLCE 4'. Alle pijpen zijn in orgelmetaal en staan op de windlade. 13 baspijpen gedekt door een hoed met roer. De volgende 17 open, met roer. De volgende 16 flespijpen.
    FLAGEOLET 2'. Alle pijpen zijn in orgelmetaal en staan op de windlade. 11 baspijpen, gedekt door een hoed met roer. Het vervolg : normale pijpen, op toonhoogte gesneden.
    TROMPET 8'. Twee soorten pijpen : van C tot B : externe stemkruk. Van h tot g''': interne stemkruk. Op te merken valt dat mi 5 een labiaalpijp is.
    FAGOT 8' b en KLARINET 8' d. Het betreft een gewijzigde Kromhoorn. Vanuit het binnenste van het orgel klinkt de stem ook veeleer als een Kromhoorn.
 
Windvoorziening
  • Magazijn- of hulpbalg 
    Magazijnbalg
    Beschrijving 
    Grote magazijnbalg va het type parallelbalg ondergebracht in het hoekje onderin het orgel
  • Magazijn- of hulpbalg 
    Schepbalg
    Beschrijving 
    Twee schepbalgen. Op de recht kant van het orgelkast, twee pedalen.
 
TECHNISCHE KENMERKEN VAN HET INSTRUMENT
Speeltafel Klavier(en) en voetklavier(en) : 3
Klavier(en) en voetklavier(en) Hoofdwerk (I), Zwelwerk (II), Pedaal
Tractuur
 Volledig mechanisch
Het gebouw
Kerk van Sint-Jan-de-Doper

Kerk van Sint-Jan-de-Doper

Adres : Begijnhof 36
1000 Bruxelles
Bouwstijl : Barok
Bouw : 1657
Bouwperiode : 17de
Type : Beschermd bouwwerk bij besluit van 05/03/1936